.svg)
Back
Secties
De nieuwste editie van de Reykjavik index voor leiderschap laat zien dat gendergelijkheid in leiderschap wereldwijd onder druk staat. Het onderzoek, dat sinds 2018 wordt uitgevoerd, meet hoe mannen en vrouwen worden beoordeeld op hun geschiktheid voor leidinggevende posities, in verschillende branches.
Internationale resultaten: daling zet door, jongeren meer vooroordelen
Binnen de G7-landen komt de gemiddelde score dit jaar uit op 68 punten – het laagste resultaat sinds de start van de index. Zelfs IJsland, traditioneel koploper, ziet opnieuw een daling en komt nu uit op 87 punten.
Deze meer conservatieve opvattingen zijn het sterkst onder jongeren. Over het algemeen zien we zien we dat jongeren lager op de Reykjavik Index scoren dan de oudere leeftijdsgroepen. Gemiddeld genomen hebben jongeren dus meer vooroordelen over de geschiktheid van vrouwen in leiderschapsposities dan de generatie van hun ouders. De daling is echter niet alleen aan jongeren te wijten; ook onder de oudere generaties daalde de score in 2024.
Nederland: hoge score, maar ook daling t.o.v. vorige meting
Nederland doet sinds 2023 mee aan het onderzoek en behaalde in 2024 een score van 80 punten. Daarmee scoort ons land hoger dan de meeste G7-landen, maar ook hier is sprake van een lichte daling ten opzichte van vorig jaar, toen de score 82 was.
Het verschil tussen mannen en vrouwen in Nederland is klein: vrouwen scoren 81, mannen 78. Net zoals in de G7-landen, valt ook in Nederland op dat jongeren lager scoren, en dus meer vooroordelen hebben ten opzichte van geschikheid van mannen en vrouwen in leidinggevende posities.
- Jongeren (18-34 jaar): 78 punten
- Middengroep (35-54 jaar): 82 punten
- Oudere groep (55-65 jaar): 79 punten
Binnen de jongste groep scoren mannen met 76 punten aanzienlijk lager dan vrouwen die met 81 punten gelijk scoren aan de overall score voor vrouwen. Het zijn dus voornamelijk jonge mannen die in toenemende mate vooroordelen hebben t.a.v. gender en leiderschap.
Houding ten opzichte van vrouwelijke leiders
Als het gaat om de houding ten opzichte van vrouwelijke leiders, zegt slechts 41% van de Nederlanders ‘zeer comfortabel’ te zijn met een vrouw als regeringsleider, en 42% met een vrouw als CEO. Opvallend aan deze percentages is, dat ondanks de relatief hoge indexscore, Nederland op dit gebied niet hoger scoort dan landen die veel lager op de lijst staan qua gendergelijkheid in leiderschap.
Vooruitgang komt niet vanzelf
Dit onderzoek, dat Verian op eigen initiatief uitvoert om vinger aan de pols te houden t.a.v. inclusiviteit, laat een zorgelijke ontwikkeling zien. Waar we decennialang zagen dat jongere generaties progressiever dachten over thema’s als gendergelijkheid, zien we nu een kentering: jongeren zijn in toenemende mate conservatiever.
Deze trend staat niet op zichzelf. Ook op andere thema’s, zoals duurzaamheid en diversiteit, signaleren we in onze onderzoeken vergelijkbare verschuivingen onder jongeren. Vooruitgang op het gebied van inclusie, waaronder gendergelijkheid, is dus geen gegeven. Aandacht vanuit politiek, samenleving en het maatschappelijk middenveld is dan ook noodzakelijk om samen te blijven bouwen aan een inclusieve samenleving.
